NL FR
Back

Tweede voorschot op dividend (januari 2005)

De curatoren kondigden eerder aan dat een provisioneel dividend zou worden toegekend aan het personeel aan het begin van het jaar 2004, hetgeen effectief gebeurde vanaf de maand februari 2004.

De curatoren verwijzen naar de verplichting die zij hebben om een provisie aan te leggen voor enerzijds de toekomstige werkingskosten, met inbegrip van de investeringen die vereist zijn om de roerende en onroerende activa in goede staat te behouden en anderzijds de geschillen die van aard zijn dat zij het passief van het faillissement kunnen beïnvloeden, zoals (zie tevens hieronder):

  1. de boedelschulden, met inbegrip van de schulden van het gerechtelijk akkoord;
  2. de geschillen met betrekking tot het sociaal passief in het kader van het nazicht van de schuldvorderingen van het personeel en van deze van het Sluitingsfonds;
  3. de revindicatievorderingen;
  4. de geschillen omtrent schuldvergelijking;

Niettegenstaande deze dwingende verplichtingen en rekening houdend met de tegeldemaking van de activa tot op heden, is aan de werknemers wiens vorderingen niet volledig werden vergoed door het Sluitingsfonds, een dividend van 80 % toegekend op alle bedragen die door het faillissement verschuldigd zijn in de rang van artikel 19, 3° bis van de Hypotheekwet, nl. de achterstallige lonen en de verbrekingsvergoeding, zoals aangenomen in het passief van het faillissement.

Op dit ogenblik neemt de curatele aan dat het saldo van het dividend van 100 % van de hierboven beschreven vorderingen van de ex-werknemers in de rang van artikel 19, 3° bis van de Hypotheekwet aan deze laatste zal kunnen uitbetaald worden in de loop van de maand april 2005. Het eerdere vooruitzicht waarbij het saldo zou worden betaald aan het begin van het jaar 2005 was opgesteld in functie van de verwachte tegeldemaking van activa, zoals onder meer de verkoop van twee Airbus A321-vliegtuigen, nadat deze een grondige opknapbeurt hebben gekregen in de loop van 2004.

Dit vooruitzicht werd evenwel verijdeld door het feit dat – drie jaar na de datum waarop het faillissement werd uitgesproken, nl. tussen de maand november 2004 en januari 2005 – aan de curatele honderd en vier (104) dagvaardingen werden betekend voor een totaal bedrag van vijftien (15) miljoen EUR door ex-Sobelair piloten en door ex-werknemers van Sabena die thans een beschermingsvergoeding wensen te bekomen en door de vertraging opgelopen in het geplande realisatieschema van bepaalde activa tengevolge van de onverwachte daling van de dollarkoers. Daarenboven zette de personeelsdienst de behandeling voort van de dossiers waaromtrent nog geen gerechtelijke procedure aanhangig is en die het voorwerp uitmaken van briefwisseling met de betrokken personeelsleden, hun syndicaat of hun advocaat.